Wat mij heeft bewogen

Terug naar Essays
Terug naar Nederlands
Home


Wat mij heeft bewogen

Het is volgens mijn uurwerk vijf óver twaalf voor wat het kunstmatig instand houden van de Stellingwerfse eigen streektaal betreft…

In 1972 is in Ooststellingwerf door een groep schrijvers, waaronder o.a. Henk Bloemhoff, de Stichting Stellingwarver Schrieversronte (sSr) (voorheen Culturele raad van Ooststellingwerf) opgericht. Prima natuurlijk...
Even later werd schoolmeester Pieter Jonker als directeur aangesteld. Ook prima...
Er kwam gestaag een subsidiestroom op gang en zoals dan wel vaker gebeurt werd het toen al gauw een clubje van 'ons kent ons' en 'jij wel, jij niet'... Minder prima dus...
 
Dit is in de loop der jaren ontaard in een club van vriendjes (homo's, PvdA-ers, schoolmeesters en/of dragers van een titel of lintje) die als instituut in de 'rijke jaren' van de vorige eeuw (te) veel geld omhanden kreeg van de beide gemeenten Oost- en Weststellingwerf en de provincie Friesland als volger van de gemeenten.
Voor - zeg - gemiddeld 150.000 euro (eerder in guldens) moesten per jaar minimaal 3 herdrukken en 3 nieuwe boeken worden uitgebracht. Daarnaast kregen ze extra geld voor bijv. veldnamenonderzoek, taalonderzoek, enz.
Omdat de sSr uitsluitend zg. hoogstaand 'wetenschappelijk' werk wilde leveren moest het meeste werk wel door - de inmiddels gepromoveerde - dr. Henk Bloemhoff worden uitgevoerd. Waar hij dit niet alleen kon betrok hij o.a. ook zijn zuster in dat werk. Uiteraard zijn de werkzaamheden in de loop der jaren wel uitgebreid met bijv. lesmateriaal voor lagere scholen e.d. maar voor dat ene uurtje Stellingwarfs per maand moet je m.i. geen vermogen aan lesmateriaal laten ontwerpen. Maar goed, dat leverde al-met-al in bescheiden kring vooral geld en macht op.

Wanneer precies voor het eerst weet ik zo niet maar het was al lang duidelijk dat de gemeenten (en de provincie als blindelingse volger) uitsluitend zaken wilden doen met de sSr. Iemand anders die iets op het gebied van Stellingwerfse taal of cultuur wilde doen moest dat via of i.s.m. de sSr doen of het helemaal alleen maar uitzoeken.

 
Nadat ik al een aantal keren met wat andere dingetjes -net als eerder broer Oene- m'n hoofd had gestoten (PJ: jij wilt zoveel en je wilt zo snel) kwam ik dus in 2003 ook voor het blok toen ik in een gesprek met directeur PJ aangaf voor hen de 'Biebel in et Stellingwarfs' te willen vertalen, onder het motto: een taal telt pas mee als er een bijbel (of een ander klassiek werk) in die taal bestaat. Antwoord van de rooie rakker PJ: dat moet maar niet, maak jij maar een gedichtenbundeltje, bla, bla, bla...

Toen ik - de tot dan voor mij onbekende - Frank de Vries in de winter 2003/2004 tegen het lijf liep en hem langs m'n neus weg vroeg: wil je me helpen de bijbel te vertalen ? en hij spontaan 'ja, dat kuwwe wel doen' antwoordde, hebben we PJ voor de zoveelste keer gevraagd om mee te doen, evenwel zonder positief resultaat. Het leek FdV en mij toch wel een mooi project en sinds die tijd kwamen we iedere maandagavond bijeen om delen die we wekelijks ieder voor zich bekeken, te bespreken en te verbeteren. In juni 2004 hebben we een eerste proefwerk (Genesis) gepresenteerd in een volle kerk in Oldeberkoop, met nadien veel positieve reacties als resultaat.

Omdat er met drukwerk en zo al gauw ook geld aan te pas komt vroegen we de beide gemeenten om een bijdrage. Ooststellingwerf vroeg advies aan de sSr (PJ). Nee dus: we doen uitsluitend zaken met de sSr! En als de gemeenten niets doen dan doet de provincie (als volger) automatisch dus ook niet mee. Na oprichting van onze Stichting Stellingwerfs Eigen (juni 2004) kregen we via andere kanalen, o.a. Prins Bernhard Cultuurfonds, Helomafonds, e.d. evenwel al snel zo'n 10.000 euro beschikbaar. Alle reden voor ons om het bijbelvertaalproject te laten slagen.

In november 2005 hebben we het idee gelanceerd om een e-blad 'An de liende' uit te gaan geven. Het was toen al duidelijk dat er twee 'kampen' waren ontstaan. Een deel was enthousiast, een deel wilde dus beslist niet meewerken aan dat e-blad en een enkeling probeerde 'neutraal' te blijven. Al met al waren Frank en ik erg fanatiek bezig met o.a. de bijbel en andere vertalingen, een e-blad, lezingen, workshops, radio, boeken uitgeven, enz. Op presentaties hebben we helaas nooit een top-man (m/v) van de sSr mogen begroeten.

Het zal intussen duidelijk geworden zijn dat tot het afscheid van PJ als directeur, de verhoudingen tussen de beide stichtingen niet erg optimaal waren. Per 1 januari 2007 werd Sietske Bloemhoff (zus van Henk) gepromoveerd tot directeur. Wij hebben haar gefeliciteerd en de hoop uitgesproken dat we - met haar - graag een nieuwe start wilden maken. Helaas, kregen we helemaal geen antwoord terug, ook niet op (veel, bijna alle) volgende brieven en e-mails. Keiharde afspraken werden door de sSr domweg niet nagekomen. Dat werkte dus ook niet erg stimulerend. Gaandeweg plaatsten we hoe langer hoe meer kritische noten en daar kunnen op geld en macht beluste personen vaak helemaal niet tegen.

Het zal in het winterseizoen 2007/2008 geweest zijn dat een paar schrijvers het idee hadden om voor de sSr 'De naacht van et Nedersaksisch gedicht' te organiseren. Ik zal je de details besparen maar mw. Bloemhoff heeft o.a. de toenmalige voorzitter van de sSr en de initiatiefnemer van het idee met harde hand, slaande deuren en hoog oplopende ruzie het gebouw van de sSr uitgewerkt. (Het 'Bloemhoff-instituut' kan natuurlijk wel zonder een bestuur. Het instituut kan natuurlijk niet zonder 'Bloemhoff'.) In een vergelijkbare sfeer werden zowel voor als na dit 'incident' al meerdere personen op grove wijze 'et nust uutwarkt’.
 
Het zal je niet verbazen dat onze kritiek af en toe - vooral ook n.a.v. de opgeblazen jaarverslagen van de sSr - wel eens wat verhardde. In 2008 werd een nieuwe voorzitter (oud-burgemeester Ype Dijkstra) benoemd die zich - oh schrik - bij ons aanmeldde voor een gesprek. Op maandag 13 oktober 2008 hebben wij hem samen met een - voor ons nieuw - lid van het bestuur met gebak verwelkomd. We hebben in een (volgens YD) 'plezierig gesprek' onze onduidelijkheden, oorzaken en gevolgen over de gang van zaken geventileerd maar merkten drie dagen later al dat meneer de vz. niets van ons wilde weten. Wij hebben later alsnog aangedrongen op een vervolggesprek omdat wij er eigenlijk wél een goed gevoel bij hadden.
 
Helaas... Wij kregen de schriftelijke boodschap om eerst oprechte wil, meer erkenning en respect voor hen te tonen. In plaats van bruggenbouwer was dit blijkbaar ook meer een man met een slopershamer of op z'n minst iemand met oogkleppen of zelfs een blinddoek voor zijn ogen. In latere verslagen konden we lezen dat meneer de vz. van de sSr adviseerde om ons maar liever dood te zwijgen. Voorwaar, een kwalijke zaak. Als je in een zo'n kleine community als het Stellingwerfse schrijverswereldje is, niet in gesprek blijft, hoef je niets te voorspellen maar weet je zeker dat er brokken van komen.

Het bijbelvertaalproject naderde in 2009 z'n einde en - hoewel bijna niet mogelijk - stelde de provincie ten slotte wel een subsidie beschikbaar waarna ook Weststellingwerf alsnog een duit in het zakje deed (Ooststellingwerf bleef volharden in een: njet!). Ook in de laatste fase van dat project hebben wij opnieuw contact met de sSr gezocht om alsnog te participeren, met het bekende 'nee' als antwoord. Voor de presentatie hebben we Henk Bloemhoff persoonlijk gevraag om erbij te zijn. Na een weekend bedenktijd kwam er opnieuw een duidelijk: nee! De 'Biebel in et Stellingwarfs' hebben we tijdens een mini-symposium gelanceerd in het gemeentehuis van Weststellingwerf.
 
Zowel gaandeweg als tijdens de eindfase van dat project waren wij reeds bezig om - naast de meer bescheiden zaken - een nieuw groot project te zoeken. In april/mei 2008 ging de website EduFries in de lucht. Dat leek ons een goed voorbeeld om ook een ‘EduStellingwerfs’ en parallel daaraan een 'Taalbank' op het web te publiceren. In juni 2008 hebben we samen met een projectdeskundige van de provincie een eerste overleg gevoerd met de beheerder van EduFries. Het bleek al snel dat dit geen project was om even op een zaterdagmiddag uit de grond te stampen. Hier was meer hulp en een breder draagvlak voor nodig, zoveel werd ons wel duidelijk. Als dat aanwezig zou zijn dan waren de beide gemeenten (en dus ook de provincie) best geïnteresseerd om het project te steunen. Intussen zou de sSr met ons idee aan de haal gaan maar die werd op ons aandringen teruggefloten door de gemeenten.
 
Eind 2010 hebben we een projectgroep geformeerd. Eerder genoemde projectdeskundige zou met hulp, de organisatie proberen op te zetten en FdV en ik zouden de meer technische kant voor onze rekening nemen. Ondanks het maken van een paar technische voorbeelden en ondanks een paar gesprekken met een mogelijk acceptabele 'trekker' van het project kwam er toch geen schot in de zaak. (Wij wilden graag 'de gang erin houden' en hebben al-met-al meer dan honderdvijftig e-mails verstuurd met het onderwerp EduStellingwerfs!) Maar iedereen had het druk, druk, druk en het Stellingwerfse (interesse)gebied is daarnaast gewoon te klein om voldoende mensen te kunnen vinden voor een dergelijk groot project (die ervaring hadden wij al met het bijbelvertaalproject).
 
Uit de vele - zeg maar, wekelijkse - contacten met o.a. de man van het idee 'De naacht van et Nedersaksisch gedicht' en bovengenoemde projectdeskundige hadden wij het gevoel (hoe naïef!) dat wij best op enige steun van deze lieden m.b.t. onze ideeën konden rekenen. Wij waren dan ook niet verbaasd maar met stomheid geslagen toen op 22 mei j.l. onder aanvoering van deze twee personen een nieuwe website werd gelanceerd met veel overlap van wat wij met EduStellingwerfs, de Taalbank en 'An de liende' voor ogen hadden. Wij begrijpen hun eventuele aversie tegen de sSr als geen geen ander maar begrijpen niet dat deze initiatiefnemers zonder enige vorm van overleg liever voor nog meer versnippering voelen - met een logisch gevolg van meer gevechten - dan te zoeken naar een vorm van samenwerking, daar wij al jaren voor pleitten. Natuurlijk ontzeggen wij niemand het recht om te doen wat ze (willen) doen.

Mijn moeder sprak in zulksoort gevallen vaak de wijze woorden: jongen, wees jij dan de wijste maar. Over of het wijs is of niet, valt nog best te dicussiëren maar de hele (vreemde) gang van zaken betekent wel dat wij er geen lol meer in hadden en dus een dikke punt zetten achter ons werk aan het helpen uitbreiden van het gebruik van onze geliefde streektaal, het Stellingwerfs.

Wij wensen vooral de gemeentebesturen van Oost- en Weststellingwerf en de provincie Friesland veel wijsheid toe met het maken van nieuw beleid aangaande de bevordering van het gebruik van deze prachtige oude taal.
 
Noot 1
Subsidiestromen horen in mijn zienswijze een aanzet te zijn om iets van de grond te krijgen. Verder zou iedereen zich zelf vervolgens moeten kunnen redden. Ik kies voor projectsubsidie boven structurele (loon- en vastgoed)subsidie. Het is een ramp te noemen als daar nog bijkomt dat beleid en subsidies slechts aan één - bedenkelijke - organisatie worden verstrekt.

Noot 2
sSr is een organisatie die ongetwijfeld door een aantal idealisten in het leven is geroepen. Gaandeweg heeft dit - zich zelf té hoog inschattende - instituut zich ontpopt tot olifant van formaat die in een te kleine porselijnkast van het Stellingwerfse, voorzien van traliewerk moet bewegen. Dat roept vaak een agressieve houding op die nog niet door de allerbeste psychiaters kan worden beteugeld. Zelfs met list en bedrog de boel bedotten, zou niet moeten mogen en keihard worden aangepakt door subsidieverstrekkers. Helaas zijn dat vaak ambtenaren en kan deze club slechts bestaan bij hun gratie…


© Piet/er Bult
(juni 2011, bij mijn afscheid van het 'schrippen' voor het Stellingwerfs dialect)