Het ontstaan van E-Adam
Terug naar Verhalen
Terug naar Nederlands
Home
Het ontstaan van E-Adam
Kort na middernacht verliet meneer Jansen de computerruimte van de
bank. Als systeembeheerder met al meer dan 12 dienstjaren was hij wel
vaker degene die als laatste het kantoor verliet. Na nog een laatste
controle, liet het zich aanzien dat de komende nacht net als alle
andere nachten zou gaan verlopen. Volautomatisch zouden ook deze nacht
de dagelijkse mutaties van alle bijkantoren weer worden verwerkt. Bij
het afsluiten van de deur verscheen er heel even een glimlach om de
mond van meneer Jansen. Zijn gedachten dwaalden even af naar de tijd
rond de laatste wisseling van het millennium. Hoe hadden ze ooit zo
stom kunnen zijn om computers te maken die de juiste datum in een
mensenleven niet eens goed kon verwerken. Rond die zelfde tijd hadden
ze ook veel werk gehad aan de omschakeling van de nederlandse gulden
naar de europese euro. Prachtig mooie fouten waren toen gemaakt. Maar
ach, er was ook veel gewoon goed gegaan en die tijd lag alweer een paar
jaar achter hem. Hoewel de bedragen op zijn bankafschriften toen
visueel ongeveer waren gehalveerd en de foute afloopdatum van zijn
hypotheek naderhand keurig was gecorrigeerd, bleef de druk van die
hypotheek nog net als voorheen, als een molensteen om zijn nek hangen.
Als computerspecialist moest hij daar nog eens wat op gaan verzinnen.
Om klokslag één uur die nacht, begonnen er plotseling erg veel lampjes
te knipperen in de computerruimte van de bank. Verschillende harde
schijven kwamen in actie en printers begonnen ellenlange lijsten met
getallen uit te spuwen. Ongeveer drie uren later was de klus geklaard.
De gegevens van de verschillende filialen waren opgehaald en de
voorgekookte gegevens voor de volgende dag waren naar elk filiaal
teruggezonden. De computers keerden allemaal terug naar het kalme
gezoem zoals ze ook zoemden vóór één uur die nacht. Alle computers,
behalve die ene. De kleinste van het stel bleef nog als een
krankzinnige te keer gaan, net of hij in z’n eentje alle werk van z’n
grote broers nog eens dunnetjes over zou gaan doen. Een paar weken
geleden was dat ook al een keer voorgevallen. De beheerder had toen in
het logboek precies kunnen zien dat dit computertje nog wel twee volle
uren langer was doorgegaan, omdat telkens een lees- en schrijfaktie van
een harde schijf bleef mislukken. Uiteindelijk was de aktie wel gelukt
en was ook die kleine tot het kalme gebrom teruggekeerd. Omdat het
proces de daaropvolgende nachten steeds goed was verlopen, had de
beheerder er verder geen speciale aandacht aan besteed.
Deze nacht echter bleef de lees- en schrijfaktie van het harde schijfje
maar steeds mislukken. Het was al na zevenen toen het kleine
computertje eindelijk klaar was met zijn werk.
Om precies twee minuten voor half negen deed meneer Jansen de zware
deur van de computerruimte met een ferme zwaai open. “Ook goeiemorgen”
sprak hij, meer tegen zich zelf dan tegen al z’n computers. Hij
herkende direct zijn werkomgeving door de altijd heersende ruis in dit
lokaal. Eigenlijk kon hij al jaren niet meer zonder dat geluid. Na een
vluchtige inspektie van de verschillende schermen en de grote stapels
papier beroerde hij een toetsenbord waardoor het systeem werd
vrijgegeven voor alle andere medewerkers van de bank. Een grondige
kontrole zou hij -zo als gewoonlijk- later op dag uitvoeren. Eerst naar
de koffiemachine op de eerste etage. Tijdens het inschenken van z’n
kopje koffie kwam Eefje ook net aangelopen. Eefje was de donkerblonde
secretaresse van de direkteur. Een vreselijk aardige meid die niet op
haar mondje was gevallen.
Met de kop koffie in z’n hand en met mooie gedachten in z’n hoofd
keerde Jansen terug naar zijn kamer. Hij zette zijn koffie op het buro
en nam het ochtendblad uit zijn aktentas die hij naast het buro had
gezet. Je moest een dag altijd rustigaan beginnen, zo vond hij. Tijdens
het lezen van de voorpagina, de sportpagina en de beursberichten werd
hij gestoord door een intens, maar heel kort, gepiep van de grootste
computer in deze ruimte. Heel even maar had er ook een fel rood lampje
geknipperd. Dat rode knipperen had meneer Jansen evenwel niet gezien.
Ook bijna niet kunnen zien eigenlijk omdat het maar zo heel kort
duurde. Eerst maar zijn koffie opdrinken en zijn krantje lezen en dan
zou hij wel even gaan kijken of er iets speciaals aan de hand was.
Wellicht was het gewoon een piepje van ouderdom van die machine. Die
grote kast was inmiddels al meer dan drie jaar oud en zou dan ook
binnen een jaar worden vervangen.
Net bij het nemen van de laatste slok koffie begon zijn telefoon
bescheiden te rinkelen. Eefje vroeg of meneer Jansen even boven wilde
komen, op de kamer van de direkeur. Er scheen iets niet in orde met
haar terminal. Bij het aanzetten verschenen er eerst alle kleuren van
de regenboog op het scherm en toen werd het scherm zwart en bleef het
zwart. Die klacht kwam Jansen bekend voor. Hij liep naar zijn
magazijntje, nam een steekwagen en pakte een reservescherm van de
plank. In de zakken van zijn stofjas voelde hij nog even of hij een
schroevendraaier bij zich had. Toen dat wel het geval bleek te zijn
liep hij met alle attributen naar de lift die hem vlot naar de bovenste
etage bracht. Eefje stond hem al op te wachten in de deuropening.
Vriendelijk vroeg zij aan meneer Jansen of hij het euvel snel zou
kunnen verhelpen want ze had nog een hoop werk te doen deze morgen.
Jansen zei dat hij dacht het probleem wel binnen een kwartier te kunnen
oplossen. En inderdaad bleek al binnen tien minuten, bij het opnieuw
inschakelen van het scherm, dat het euvel helemaal was opgelost. Met
een vriendelijke groet en opnieuw mooie gedachten in z’n hoofd verliet
Jansen met de overgebleven spullen, de kamer van de direkteur. Nog
voordat hij bij de lift was aangekomen ging zijn pieper af en werd er
een volgende storing bij hem gemeld. Dit zou heel de morgen zo door
blijven gaan en ook deze middag kwam hij niet aan andere werkzaamheden
toe, dan alleen maar storingen te verhelpen. Allemaal niet zo erg
schokkend, maar toch…
Tijdens de afwezigheid van meneer Jansen had het rode lampje op de
grote machine nog met regelmatige tussenpozen staan knipperen. In het
hart van die machine was blijkbaar toch iets niet helemaal pluis. De
reden van het knipperen van het rode lampje zullen we wellicht nooit
helemaal precies te weten komen. Waarschijnlijk heeft het willen
vertellen dat hij –de grote machine- de kleine al een paar nachten niet
helemaal meer kon volgen in zijn krankzinnig harde werken nadat de
andere machines al klaar waren met hun nachtelijke arbeid. Door de
verwoede lees- en schrijfaktiviteiten van de kleine machine bleken
evenwel twee verschillende datablokken versmolten tot één nieuw
gegevensblok, en dat precies op het zelfde moment toen er in een straat
drie-hoog-achter een wolk van een baby werd geboren.
Als de trotse en nog jonge vader van het kind de volgende dag op het
stadhuis aangifte komt doen van zijn eerstgeboren zoon, blijkt deze
vreemd genoeg al in het systeem van de Gemeentelijke Basis
Administratie voor te komen. En ja hoor, ook het sofinummer van de
boreling is reeds toegekend. Het valt de dienstdoende ambtenaar niet
direkt op dat er ook al een datum van uitreiking van een rijbewijs,
paspoort en zelfs een datum van overlijden staat ingevuld bij deze
nieuwkomer in onze wereld. Het bijschrijven van de boreling in het
trouwboekje werd volgens de standaard procedure afgewerkt en de
ambtenaar wenste de jonge vader van harte geluk met zijn Willem Jan.
Enige tijd nadat de vader het gemeentekantoor had verlaten krabde de
ambtenaar zich eens achter zijn oor en vroeg zich af of hij daarnet een
jongetje of een meisje had ingeschreven. Hij liep naar het systeem en
riep de gegevens op die hij kortgeleden had ingevoerd. Inderdaad, bij
geslacht stond een ‘V’ ingevuld. Willem Jan was natuurlijk duidelijk
een jongensnaam en hij hoorde in zijn gedachten ook de vader nog wel
zeggen dat hij een zoon kwam aangeven. Hij moest dus wel een tikfout
gemaakt hebben. Met enkele toetshandelingen wijzigde hij de ‘V’ in een
‘M’, sloot het systeem weer af en ging verder met zijn dagelijkse
werkzaamheden.
© Piet/er Bult