Hygiëne

Terug naar Verhalen
Terug naar Nederlands
Home


Uit de bundel 'Petanque op klompen':

Hygiëne

De eerste jaren na je geboorte mag je bijna alles en ook bijna alles laten lopen, waar en wanneer je maar wilt. Ma of soms ook pa, maakt alles wel weer schoon en ruimt de boel weer op.

Vanaf zo'n jaar of drie, vier, vijf word je toch wel geacht niet overal en vaak ook te onpas je complete behoefte maar te doen. Als je later stokoud bent komen de zaken weer iets gemakkelijker te liggen. Dan is er altijd wel een lieve broeder of zuster in je omgeving die eraan is gewend om dat soort zaakjes te schonen.

Niet alleen in duistere kroegjes, tankstations langs de snelweg of in sinistere hotelletjes maar ook in clubgebouwen van verschillende petanque-verenigingen waar ik de laatste tijd ben geweest, denk ik soms dat hier alleen heel erg jonge ukkies of heel erg stokoude mannetjes komen spelen en het toilet bezoeken. Ach, een klein ongelukje is misschien niet altijd te voorkomen maar het is af en toe werkelijk niet te geloven hoe iemand het klaarspeelt om zo ver naast de pot te piesen.

Als persoon van de mannelijke kunne mag je, zo nodig vastgehouden met één of meer handen, je afvoerslangetje losjes boven de pot hangen of je kunt krachtig op de soms ingebakken vlieg in het urinoir richten. Maar nee, tijdens een staande plas worden kennelijk complete pirouettes gedanst. Van nature heb ik alleen ervaring op de mannenafdeling. Van horen zeggen schijnen sommige vrouwen er ook wat van te kunnen.

Heel vroeger had het hele gezin al voldoende aan een halve pagina uit een plaatselijke suffertje om de laatste restjes hygiënisch weg te werken. Tegenwoordig zijn de rollen, van per stuk wel tweeduizend vel of meer, niet aan te slepen. De handdoek bij de wasbak ligt vaak op de vloer of ergens anders, maar hangt zeker niet aan het daarvoor bedoelde haakje of oogje. En wie denk je, wie nú jouw viezigheid op mag ruimen..?


© Piet/er Bult