De spelers van petanque zijn in
clubverband, zwartwit gezien, te verdelen in plaatsers en schutters.
Ook is, alweer grofweg, een verdeling te maken in sportieve en meer
recreatieve spelers. Onlangs stond ik toe te kijken naar een partij
in doublette. Beide teams bestonden ieder uit een prima plaatsende
maar voornamelijk recreatief spelende dame en een meer sportief
schietende heer. Vergeef mij dit wellicht wat traditionele beeld.
De dame van team A plaatst een prima
bal bij het but en maakt een ietwat treurig gebaar tegen haar
partner, zo van: die zal wel niet lang op punt blijven liggen.
Inderdaad schiet de heer van team B haar boule vlotjes weg. Een paar
speelronden later hoor ik de zelfde dame haar partner in overleg
voorstellen een goedgeplaatste bal van de dame van team B toch vooral
maar weg te schieten. Zoiets is toch niet te rijmen, dacht ik even.
Moraal: meestal hebben zichtbare
feitelijkheden inderdaad verschillende invalshoeken die vaak niet te
rijmen zijn. De éne keer wel bijna willen smeken om de op punt
liggende bal te laten liggen en een volgend moment wel bijna willen
smeken om de op punt liggende bal toch vooral maar weg te schieten...
© Piet/er Bult